6 september
Je gevoel reageert eerst.
Je gevoel reageert eerst.
Heb jij dat ook wel eens, dat als je iets hoort, dat je meteen een gevoel krijgt van:
‘hier klopt iets niet’? Je weet nog niet waarom, maar het voelt zo.
Als je dan na gaat denken, komen er wel dingen naar voren die je gevoel bevestigen.
Het gevoel is sneller dan de hersenen.
‘hier klopt iets niet’? Je weet nog niet waarom, maar het voelt zo.
Als je dan na gaat denken, komen er wel dingen naar voren die je gevoel bevestigen.
Het gevoel is sneller dan de hersenen.
Je hart reageert eerst en je hersenen volgen.
Sla je met een hamer op je duim, dan is het eerste wat gebeurt een snelle reactie,
met waarschijnlijk een luide uitspraak van au tot een serenade van ongepaste woorden,
en je duim in je andere hand nemen of in je mond.
Zo’n klap op je duim kun je ervaren als: ‘wat stom van mij’, dan slaat het,
behalve op je duim, ook op je eigenwaarde.
Je kunt ook boos worden, omdat jij dat klusje moest doen, en dat het gebeurt,
omdat de ander het niet wilde doen.
Dan wil je de ‘schuld’ afschuiven en neem je geen verantwoording.
Je kunt het ook zien als: ‘de hamer is de schuldige omdat … ‘, vul maar iets in.
Dan voelt het als een aanval. Je kunt ook “au” roepen en accepteren dat het gebeurd is,
en denken hoe je het kunt doen, zodat het wél goed gaat.
Bijvoorbeeld: het kleine spijkertje met een tang vasthouden. Dan leer je er van.
En hoe je het ervaart, bepaalt hoe de genezing verloopt. En hoe je er mee omgaat natuurlijk.
Hoe je het ervaart heeft alles te maken met hoe jij gevormd bent in je leven.
Heb jij niet zo’n goed zelfbeeld, dat zul je het eerder op je eigenwaarde gooien,
en voel je je dom of klunzig.
Daarna ga je denken dat het kleine spijkertje wel heel moeilijk vast te houden was,
en dat het logisch is dat je duim makkelijker te raken is met die grote hamer.
Dan kun je je nòg dommer voelen. Je gevoel reageert eerst en dan pas je hersenen.
Dit is maar een klein voorbeeldje, maar let maar eens op hoe je op bepaalde situaties reageert. Voel je je snel ‘aangevallen’? Het zit in je systeem, hoe je reageert.
Het gaat als vanzelf, bijna automatisch.
Ook als mensen iets tegen je zeggen, wat je niet zo leuk vindt.
Zie je het als kritiek? Of als een tip? Dat is een heel verschil, het voelt heel anders.
Natuurlijk heeft het er ook nog mee te maken, hoe het uitgesproken wordt en door wie.
Sommige mensen kleineren je als je iets niet weet of kan.
Als dit gebeurt en je herkent het, dan kun je het bij die ander laten. Je moet je niet laten raken. Die ander doet dit waarschijnlijk, omdat die onzeker is, en zich daardoor minder voelt.
Als die dan iets weet of kan, wat jij niet weet of kan, grijpt die de situatie aan,
om jou te gaan kleineren om zichzelf superieur te gaan voelen tegenover jou.
Ter compensatie.
Je moet dat dan niet terugdoen, want dan verlaag je je tot hetzelfde niveau,
en die ander voelt zich dan nog slechter over zichzelf.
Je kunt die mensen ook niet helpen, want ze moeten het eerst herkennen bij zichzelf,
en er bewust van worden. Dan moeten ze het besef krijgen, dat ze goed zijn, zoals ze zijn,
zoals wij allen, en dat ze het niet nodig hebben om een ander af te kraken.
Maar vaak door jeugdtrauma’s vormen zich patronen die soms moeilijk af te leren zijn.
Bewust worden van, is de eerste stap.
#
Sla je met een hamer op je duim, dan is het eerste wat gebeurt een snelle reactie,
met waarschijnlijk een luide uitspraak van au tot een serenade van ongepaste woorden,
en je duim in je andere hand nemen of in je mond.
Zo’n klap op je duim kun je ervaren als: ‘wat stom van mij’, dan slaat het,
behalve op je duim, ook op je eigenwaarde.
Je kunt ook boos worden, omdat jij dat klusje moest doen, en dat het gebeurt,
omdat de ander het niet wilde doen.
Dan wil je de ‘schuld’ afschuiven en neem je geen verantwoording.
Je kunt het ook zien als: ‘de hamer is de schuldige omdat … ‘, vul maar iets in.
Dan voelt het als een aanval. Je kunt ook “au” roepen en accepteren dat het gebeurd is,
en denken hoe je het kunt doen, zodat het wél goed gaat.
Bijvoorbeeld: het kleine spijkertje met een tang vasthouden. Dan leer je er van.
En hoe je het ervaart, bepaalt hoe de genezing verloopt. En hoe je er mee omgaat natuurlijk.
Hoe je het ervaart heeft alles te maken met hoe jij gevormd bent in je leven.
Heb jij niet zo’n goed zelfbeeld, dat zul je het eerder op je eigenwaarde gooien,
en voel je je dom of klunzig.
Daarna ga je denken dat het kleine spijkertje wel heel moeilijk vast te houden was,
en dat het logisch is dat je duim makkelijker te raken is met die grote hamer.
Dan kun je je nòg dommer voelen. Je gevoel reageert eerst en dan pas je hersenen.
Dit is maar een klein voorbeeldje, maar let maar eens op hoe je op bepaalde situaties reageert. Voel je je snel ‘aangevallen’? Het zit in je systeem, hoe je reageert.
Het gaat als vanzelf, bijna automatisch.
Ook als mensen iets tegen je zeggen, wat je niet zo leuk vindt.
Zie je het als kritiek? Of als een tip? Dat is een heel verschil, het voelt heel anders.
Natuurlijk heeft het er ook nog mee te maken, hoe het uitgesproken wordt en door wie.
Sommige mensen kleineren je als je iets niet weet of kan.
Als dit gebeurt en je herkent het, dan kun je het bij die ander laten. Je moet je niet laten raken. Die ander doet dit waarschijnlijk, omdat die onzeker is, en zich daardoor minder voelt.
Als die dan iets weet of kan, wat jij niet weet of kan, grijpt die de situatie aan,
om jou te gaan kleineren om zichzelf superieur te gaan voelen tegenover jou.
Ter compensatie.
Je moet dat dan niet terugdoen, want dan verlaag je je tot hetzelfde niveau,
en die ander voelt zich dan nog slechter over zichzelf.
Je kunt die mensen ook niet helpen, want ze moeten het eerst herkennen bij zichzelf,
en er bewust van worden. Dan moeten ze het besef krijgen, dat ze goed zijn, zoals ze zijn,
zoals wij allen, en dat ze het niet nodig hebben om een ander af te kraken.
Maar vaak door jeugdtrauma’s vormen zich patronen die soms moeilijk af te leren zijn.
Bewust worden van, is de eerste stap.
#